Er gaan jammerende geluidsgolven over de lage landen, de boodschappen, benzine, uit eten, het kost allemaal dat het barst, veel dus. En toch, er gloort hoop aan de horizon, want ik lees dat salarissen min of meer allemaal omhoog gaan en zelfs mijn AOW krijgt een ‘boost’. Er komen weer ‘vette’ jaren aan, of is het allemaal schone schijn gekoppeld aan onze onverzadigbare consumptiedrang? Kunnen wij überhaupt nog een scheiding aanbrengen tussen de begrippen ‘moeten’, ‘willen’ en ‘kunnen’.
Zo langzamerhand ben ik het spoor een beetje bijster. Neem nou een avondje naar het theater of cabaret. Altijd leuk te kijken en luisteren naar mensen die doen en benoemen waar de meesten van ons alleen maar over durven dromen. 2 kaartjes €120,00, da’s zelfs mét een salarisverhoging niet te doen en toch zit de tent vol. Hoe kan dat nou? Ten eerste, het zijn niet de artiesten die er liederlijk rijk van worden. Wat blijkt, bestel je de kaartjes direct bij het theater dan kosten zij de helft, de boekingskantoren (die overeind gehouden zijn tijdens de Corona) nemen de andere helft. En ten tweede (gezien de zaalvulling) bulken de meeste mensen nog van het geld. Getuige ook de uitspraak van een geïnterviewde n.a.v. de salarisverhoging: “nou, van die €79 extra kan ik echt niet nóg een keer uit eten”. Zij gáát dus al uit eten, mogelijk zelfs meerdere keren.
Wat wij ‘willen’ en ‘kunnen’ (veroorloven) zijn nog steeds dezelfde grootheden die onze grenzen aangeven, althans dat zou handig zijn in ‘mindere’ tijden. Kennelijk zijn wij nog lang niet zo ver en is de groep die mee jammert over de hoge kosten, vervolgens schokschouderend zegt “het kost wel een paar centen en wij doen het toch maar”, veel groter dan ik gedacht had. Vanavond eten wij kip en daarna gezellig een potje scrabble.
Dit artikel is een bijdrage van Constant Lamp.
Constant is in het dagelijks leven trainer en coach en neemt ons in zijn artikelen mee in herkenbare situaties die ons allemaal kunnen overkomen.