Misschien heeft u er nog nooit van gehoord, maar op 13 januari was het ‘Ruim je bureau op-dag’. Wellicht heeft of had u met uw tieners elke dag een ‘ruim je bureau nou eens op-dag!’. Maar hoe herkent u zichzelf?
De één werkt het liefst te midden van een berg papieren, oude koffiebekers en een stapel post-its waar geen enkele andere persoon ooit iets van begrijpt. De ander kan zelfs niet beginnen met werken als er één pen verkeerd ligt. Tja, het bureau, het is een spiegel van de ziel, toch?
U hebt die paperclips nodig die altijd over uw bureau rollen. U moet die stapel ongeopende e-mails zien om uw werk te kunnen doen. Uw bureau lijkt een soort persoonlijke chaos die – verrassend genoeg – altijd goed uitpakt. U hebt niet alleen rommel nodig, u hebt er een soort werkrelatie mee opgebouwd.
Voor u is een opgeruimd bureau niet slechts een keuze, het is een manier van leven. Als er één blad papier op uw bureau ligt dat niet op zijn plek ligt, is de productiviteit verdwenen. U hebt geen ruimte voor afleiding, zelfs niet voor een oplaadkabeltje.
U zit een beetje tussen deze twee werelden in. U hebt af en toe chaos nodig, maar er is altijd een grens. Als u het gevoel hebt dat uw bureaula langzaam verandert in een verzamelplek voor allerlei willekeurige objecten, geeft u het ding snel een opruimbeurt.